Holthuizen: een voormalig Kleefs leen
uit Mededelingen, jaargang 2, nummer 5

ln de "ambtelijke werkgroep straatnaamgeving", waarin - op uitnodiging van B. en W. - ook de Historische Kring Huessen is vertegenwoordigd, is thans aan de orde de straatnaamgeving in de 3e fase van De Zilverkamp, welke wijk van de zijde van Gemeentewerken "Groot Holthuyzen" wordt genoemd.
Er is hier echter sprake van het voormalige Kleefse leengoed "Holthuizen", waar - in latere tijden - stonden de boerderijen Groot Holthuizen (Hoogerbrugge) en Klein Holthuizen (Van Essen) , beide eigendom van de Dullertstichting te Arnhem. De laatstgenoemde boerderij is gesloopt ten behoeve van de Zilverkamp-bebouwing.
De Historische Kring heeft in de genoemde ambtelijke werkgroep gesuggereerd om ten aanzien van Holthuizen af te wijken van het tot nu toe in de Zilverkamp toegepaste straatnamenpatroon en er voor gepleit om allereerst de herinnering aan de naam van het leengoed levendig te houden, maar ook die der families, die het - vanaf 1392 tot 1799 - in leen hadden.
Bestuurslid dr. E. Smit geeft in de hiernavolgende bijdrage historische bijzonderheden over de beleningen van Holthulzen.
Hij verschaft tevens interessante bijzonderheden over het drama, dat zich in januari 1795 op Holthuizen afspeelde en dat boer Derk Brands het leven kostte.
Wij maakten daarvan reeds melding in een "snipper" in het vorige nummer (pag. 128).

De naam HOLTHUIZEN wijst volgs Oedin (1) op een aldaar gelegen klein bos. Met de aanwezigheid van de naam "Loo" ( = open plek in een bos) in de buurt is het wel verleidelijk bij het Huissense Holthuizen aan een oud bos te denken. Er zijn echter nog andere mogelijkheden. De Middelnederlandse benaming Holthuus of Houthuus kan ook eenvoudig houtsçhuur betekenen (2).
Bij ons Holthuizen is er nog een derde mogelijkheid.  Bij de eerste vermelding in 1392 wee namelijk een Arnd van Holthusen met het goed beleend.
Dezelfde Arnd van Holthusen was ook leenman van Holthuizen bij Verkält (tussen Kalkar en Üdem (3)), zodat de mogelijkheid niet uitgesloten moet worden, dat het ene Holthuizen zijn naam aan het andere ontleend heeft. (4)
Waar we dus niet zeker zijn van de herkomst van de naam biedt Holthuizen wel een mogelijkheid om alle beleningen van 1392 - 1799 na te gaan. (5)
Het goed was namelijk een Kleefs leen. Deze vorm van gronduitgave hield in, dat de graaf van Kleef aan een man een stuk grond in leen gaf, waarvoor deze dan bij oorlog tot dienst verplicht was.
Deze plicht werd evenwel meestal afgekocht, zodat het, ieengoed een soort eigendom werd, dat extra belast was. Een leen kon aldus ook vererven of verkocht worden.
ln 1392 was, zoals gezegd, Arnd van Holthusen leenman van Holthuizen. In 1443 blijkt hij overleden en zijn zwager Gerit van Marwick neemt het leen (althans een derde deel ervan ) ten behoeve van zijn
vrouw Johanna (van Holthusen) over. Aldus vererfde het goed in 1474 op hun beider zoon Arndt van Merwick. Bij zijn dood in 1495 was er alleen dochter Johanna van Marwick, voor wie haar oom Derick van der Hoeven als leenman fungeerde.
Tusschen 1495 en 1535 zijn we de familieband (als die er is) even kwijt. De weduwe van een zekere Derick van Elss blijkt dan namelijk op Holthuizen te wonen. Haar zoon Arndt nam in 1551 het goed over, maar hij had er niet lang plezier van, want zeven jaar later blijkt ook hij overleden, want het goed blijkt vererfd op zijn zuster Elisabeth en op de kinderen van een andere zuster, Anna, gehuwd met Gaert van Gelickom. Door deze erfenis blijkt een deel van Holthuizen bij Anna's nakomelingen (Van Gelickom) , een ander deel bij die van Elisabeth (Van Merten) terecht te komen. De hof lijkt nu voorgoed gesplitst en alleen over het part van de Van Merten's (een derde deel) zijn we verder volledig ingelicht. Arndt van Merten zit van 1596 - 1647 op dit deel van Holthuizen. Zijn zoon Eberhardt Godtfriedt volgt van 1647 - 1672. In 1673 waren ook de Van Merten's uitgestorven en volgde Bernhard Gottfried van Reetradt als bezitter. Deze familie liet de hof al in 1682 over aan een (aangetrouwd) familielid Wilhelm Bernier. Van hem vererfde Holthuizen in 1710 aan zijn dochter Christine Elisabeth, getrouwd met Derk Brandts. De familie Brands bleef tot het einde toe met Holthuizen beleend. ln 1803 werden de leenrechten opgeheven, zodat geen verdere administratie plaatsvond.

Het drama van 1795
Een drama beleefde Holthuizen in 1795. De Fransen waren in dat jaar namelijk in opmars en op 10 januari waren zij de Waal overgestaken. De troepen die (voor Pruisen) Huissen verdedigden, waren Kroatische militairen van Pruisen's bondgenoot, de keizer van Duitsland. Op de komst van de Fransen sloegen dezen aan het plunderen en van wat op Groot Holthuizen gebeurde volgen hier de gruwelijke details. Vijf Kroaten', in grijze uniformen, waren al overdag op 10 januari bij Holthuizen gesignaleerd en dat de knechten van boer Derk Brands het hazenpad hadden gekozen, toen het donker werd, is te begrijpen.Rond 10 uur 's avonds drongen de vijf bij de broers Derk en Peter Brands op Groot Holthuizen binnen en eisten geld en horloges.
Met name aan de laatste wens konden de broers niet voldoen. Ze hadden er zelf geen.Toen begonnen de soldaten met hun degens te slaan. Derk Brande hield zijn hand nog geheven tot verweer, maar een Kroaat sloeg hem hand en hoofd in één hauw af. Peter lag intussen al met een forse sabelhauw over zijn gezicht op de vloer en moest machteloos toezien. Dat hij er tenslotte het leven bij overhield, lag aan de uitstekende geneeswijze van de Huissense chirurgijn Budding.
De daders gingen - met een buit van meer dan 500 gulden - vrijuit, al deed de Pruisische overheid nog maanden later moeite hen te achterhalen. (6)
Aldus enkele feiten uit Holthuizen's rijke historie.
DR. E. SMIT
Noten:
1) S. Oedin, De Gemeente Huissen, Diss. Wageningen 1946, pg. 19.
2) J. Verdam, Middelnederlandsch Handwoordenboek, 's Gravenhage 1932, pg. 259.
3) Topographischer Atlas Nordrhein-Westfalen, Düsseldorf 1968, kaart 88. '
4) E. Dösseler en F.W. Oediger, Die Lehnregister des Herzogtums Kleve, Siegburg 1974, pg. 269.
5) E. Dösseler en F.W. Oediger, a.w., pg. 272-273. Waar dit niet nader gemeld wordt, zijn alle volgende gegevens aan dit boek ontieend.
6) Hauptstaatsarchiv Düsseldorf - Kleve Mark Akten X-18-Vlll.